Slaapproblemen bij kind

Een goede nachtrust zorgt ervoor dat uw kind lichamelijk en mentaal kan bijkomen van de dag. Uw kind rust uit als het goed slaapt, omdat het in die tijd gebeurtenissen, emoties en ervaringen verwerkt. Een goede nachtrust houdt in dat uw kind goed in slaap kan komen en goed kan doorslapen. Daarbij wordt uw kind ook uitgerust wakker. ‘S nachts een aantal keer wakker worden is niet erg, zolang uw kind weer makkelijk in slaap kan komen. Iedereen heeft een slaap- en waakritme en dat bepaalt wanneer uw kind wakker is en wanneer het slaapt.

Bepaalde factoren hebben invloed op de slaap van uw kind. Dit zijn factoren zoals:

• Hoe goed uw kind in zijn vel zit.
• Hoeveel rust uw kind in het hoofd heeft.
• Hoe goed uw kind heeft kunnen ontspannen overdag.
• Hoe moe uw kind is.

Als uw kind slecht slaapt, kan het zijn dat het slaap- en waakritme verstoord is of dat uw kind emotionele klachten of lichamelijke klachten heeft. Jonge kinderen in de groei hebben extra veel slaap nodig, omdat zij veel energie nodig hebben om te groeien. Onvoldoende slaap kan problemen met de groei veroorzaken en zorgen voor een grotere kans op ziektes. Er is pas sprake van een slaapstoornis als een kind langer dan 4 weken slecht slaapt en hierdoor overdag last ervaart.

Als uw kind last heeft van slaapproblemen kan het de volgende klachten ervaren:

• Moeite met in slaap komen.
• Lang wakker liggen.
• Vaak wakker worden.
• Vroeg wakker worden.

Uw kind heeft slaapproblemen als het meer dan 2 keer per week een slechte nachtrust heeft en daardoor overdag problemen ervaart. Door bovenstaande klachten voelt uw kind zich overdag moe, slaperig, futloos en prikkelbaar. Ook komen concentratieproblemen sneller voor na een slechte nachtrust.

Als uw kind slaapproblemen heeft, kunt u de volgende adviezen opvolgen:

• Stel een vaste bedtijd in. Zorg ervoor dat u een half uur voor bedtijd begint met een rustige activiteit en geen wilde spellen meer speelt. Leg beeldschermen in een andere kamer en maak plaats voor een leuk gesprek over de dag.
• Zorg voor een goede slaapomgeving. Dit kan door de kamer op een fijne temperatuur te houden. Maak de slaapkamer goed donker en zorg ervoor dat het stil is.
• Geef uw kind geen dranken die cafeïne bevatten. Dit zit in bijvoorbeeld cola, thee of ice-tea.
• Wacht even na het avondeten voordat u uw kind op bed legt. Vlak na het eten slapen, kan ervoor zorgen dat uw kind lastig in slaap komt.
• Zorg ervoor dat uw kind regelmatig in de buitenlucht kan spelen. Maak uw kind overdag lekker moe, maar zorg ervoor dat het niet gaat sporten vlak voor bedtijd. Dan heeft uw kind meer moeite met in slaap komen.
• Als uw kind een avond goed heeft geslapen en in het bed is gebleven, geef het de volgende ochtend dan een compliment.
• Als uw kind wat ouder is, bespreek dan een duidelijke slaaptijd. Controleer of uw kind wel echt gaat slapen op de afgesproken tijd.

Neem contact op met uw huisarts als uw kind slaapproblemen heeft, u de bovenstaande adviezen heeft geprobeerd en deze niet hebben geholpen.