Baarmoederhalskanker is een gezwel van kankercellen in uw baarmoederhals. Dit is een tumor ontstaan in het onderste, smalle deel van de baarmoeder. Baarmoederhalskanker ontstaat door HPV (humaan papillomavirus). Dit virus kun je krijgen als je huidcontact hebt gehad met iemand met HPV en via seksuele handelingen. Vrijwel iedereen krijgt ooit een HPV-infectie, maar het lichaam ruimt bijna altijd het virus zelf weer op.
Als u baarmoederhalskanker heeft, kunt u last hebben van de volgende klachten:
Als baarmoederhalskanker pas laat bij u wordt ontdekt en de tumor verder gegroeid is, kunt u andere klachten krijgen, zoals:
Iedereen die 10 jaar wordt, krijgt een uitnodiging voor een prik tegen HPV. Deze prik kan uw kind gratis halen. Voor meer informatie hierover, lees hier.
Iedere vrouw van 30 tot en met 60 jaar krijgt een uitnodiging voor een uitstrijkje. Dit is om cellen in de baarmoederhals te ontdekken die er anders uitzien en baarmoederhalskanker kunnen worden. Als deze cellen met een groter risico op tijd worden ontdekt, kan baarmoederhalskanker voorkomen worden. Laat u dus vooral voor de zekerheid onderzoeken.
Daarnaast kunt u tijdens de seks gebruik maken van een condoom. Seks met een condoom verkleint de kans op besmetting met HPV, maar beschermt niet volledig.
De kans dat uw lichaam het virus zelf niet kan opruimen is groter als:
Laat u zeker bij de huisarts of gynaecoloog onderzoeken als u last heeft van:
Als er door de gynaecoloog is vastgesteld dat u baarmoederhalskanker heeft, volgt er onderzoek om te bepalen welke behandeling voor u geschikt is. Dan kijkt de gynaecoloog naar:
Vaak wordt er onderzoek gedaan door middel van een MRI-scan, PET-CT-scan, biopt, lisexcisie, bloedonderzoek of onderzoek van uw vagina en baarmoederhals.
Er zijn vier stadia om te bepalen hoe ver de ziekte bij u is ontwikkeld.
Afhankelijk van welk stadium waarin de ziekte zich bevindt, wordt bepaald welke behandeling er mogelijk is. Samen met uw gynaecoloog bepaalt u welke behandeling het beste bij de situatie past.