Anorexia

Anorexia is een psychische stoornis. Het begint vaak met iemand die een aantal kilo kwijt wil en daardoor gaat afvallen. Het eetprobleem ontstaat vaak langzaam en niet van de ene op de andere dag. Ook kan het ontstaan vanuit psychische problemen. Anorexia nervosa, zoals de officiële naam is, houdt in dat iemand erg bang is om aan te komen of dik te worden. Deze angst is er terwijl diegene ver beneden het gewicht zit dat, voor de leeftijd en lengte van die persoon, gezond is. Omdat iemand met anorexia er vaak niet over praat, is een eetstoornis vaak lastig te herkennen. Anorexia heeft ernstige gevolgen, niet alleen lichamelijk maar ook psychisch en op sociaal vlak. Voorbeelden van deze gevolgen zijn:

• Onvruchtbaarheid.
• Maag- en darmklachten.
• Slaapproblemen.
• Droge en schilferige huid.
• Aangetaste tandglazuur, keel en slokdarm door het uitbraken van voedsel.
• Depressie.
• Angst.
• Concentratieproblemen.
• Onrealistisch zelfbeeld.
• Conflicten thuis en op werk.
• Sociale isolatie.

Als u de volgende symptomen herkent bij uzelf of iemand in de omgeving, kan het zijn dat er sprake is van anorexia:

• U heeft een normaal of te laag lichaamsgewicht, maar ervaart zichzelf nog steeds als te dik.
• U bent veel afgevallen in een korte tijd.
• U probeert zo min mogelijk te eten.
• U voelt een gevoel van overwinning als u juist niet eet.
• U verzint excuusjes om niet te hoeven eten.
• U sport enorm veel. Niet per se met de intentie dat het leuk moet zijn, maar om af te vallen.
• Als u teveel heeft gegeten voor uw gevoel, braakt u het erna uit.
• U maakt gebruik van laxeermiddelen om zo af te vallen.
• U weegt uzelf vaak, soms wel meerdere keren per dag.
• U voelt schaamte tegenover anderen als u wel eet.
• U raakt in paniek als u al een paar gram aankomt.
• U bent heel de dag bezig met afvallen.

Lichamelijke klachten van anorexia kunnen zijn:

• Koude handen en voeten.
• Maag- en darmproblemen.
• Geen menstruatie.
• Langzame hartslag.
• Hartfalen.
• Misselijkheid.
• Uitdroging.
• Flauwvallen.
• Haaruitval.

Als u denkt dat iemand anorexia heeft, ga dan met deze persoon in gesprek. Laat diegene weten dat er hulp mogelijk is en dat deze persoon er niet alleen voor staat.

Als u zelf de klachten van anorexia ervaart, maak dan een afspraak met uw huisarts. De huisarts zal u onderzoeken, waarbij deze wat vragen stelt en een lichamelijk onderzoek doet. Met deze informatie kan de huisarts een diagnose vaststellen. Een behandeling is bijna altijd nodig om van anorexia te herstellen. De behandeling bestaat uit meerdere onderdelen:

• Lichamelijk herstellen. U moet herstellen door weer normaal te gaan eten en bepaald gedrag af te leren, zoals overgeven of overtollig bewegen.
• Psychisch herstellen. Een behandeling voor uw psychische gewoontes is belangrijk om de kans te verkleinen dat uw anorexia terugkomt.
• Andere behandelingen zoals begeleiding in een groep, een diëtist of vaktherapie, maar ook in sommige gevallen medicijnen, zijn mogelijk.
• Ziekenhuisopname. Dit gebeurt als u veel te weinig weegt en er bepaalde organen niet meer goed functioneren.

Er wordt vaak pas laat aan de bel getrokken door iemand met anorexia. Dit is vaak omdat mensen met anorexia zichzelf niet als ziek beschouwen. Hoe eerder er hulp wordt gezocht, hoe groter de kans is dat u er bovenop komt. Maak daarom een afspraak met de huisarts en bespreek:

• De hoeveelheid die u eet en hoe vaak.
• Uw eetbuien en of er daarna ook sprake is van overgeven.
• Het beeld wat u heeft over uw lichaam.
• Uw gewichtsverlies of -toename.
• Uw lichamelijke klachten.
• Uw gevoel.
• Wat voor medicijnen u gebruikt, daaronder vallen ook laxeermiddelen.
• De hoeveelheid die u sport of beweegt en wanneer u dit doet.

Bespreek het met uw familie of vrienden of iemand waar u zich fijn bij voelt. Mensen willen u steunen en u staat er niet alleen voor. Eetproblemen komen veel voor dus u bent niet de enige. Het zou kunnen helpen om te praten met andere mensen met anorexia of mensen die anorexia hebben gehad.